HB-WIKI – Basisbegrippen met betrekking tot hoogbegaafdheid duidelijk uitgelegd

Kenmerken van hoogbegaafdheid

Inleiding

Ondanks de inzet die velen zich tientallen jaren hebben getroost om er een positief beeld van te schetsen, roept het woord 'hoogbegaafd' nog altijd wisselende reacties op. In de media kun je reportages aantreffen waarin een min of meer realistisch beeld wordt gegeven van geïnterviewde hoogbegaafde mensen, maar ook bijtende cartoons over ouders die hun uil een valk wanen. Er is dan ook nog lang geen overeenstemming over wat hoogbegaafdheid precies inhoudt. Wel zijn er talloze visies en definities, en is er veel onderling gekrakeel tussen zowel erkende als zelfbenoemde deskundigen. Tijd voor een genuanceerder beeld.

Een kaleidoscopische visie

Hoogbegaafdheid is meer dan een IQ of een rijtje kenmerken om af te vinken. Toch kan zo'n opsomming wel helpen om inzicht te krijgen in je eigen hoogbegaafdheid. Ga in gedachten maar eens terug naar je jeugd. Wat voor kind was je en wat deed je het liefst? Dit zegt vaak meer over wie je werkelijk bent dan je onder druk van je omgeving gevormde volwassen persoonlijkheid.

De onderstaande lijst met kenmerken van hoogbegaafde kinderen is afkomstig uit het door vele duizenden ouders in Nederland hoog gewaardeerde boek De begeleiding van hoogbegaafde kinderen (herziene editie, 2013/2020) van James T. Webb, Edward R. Amend, Janet L. Gore en Arlene R. DeVries (p. 18). Als je hoogbegaafd bent, ben je dat al je leven lang en zul je er (dus) veel in herkennen. Bedenk daarbij dat niet elke hoogbegaafde alle kenmerken hoeft te hebben en ook dat de kenmerken díe iemand heeft zelden allemaal tegelijk zichtbaar zijn. Vaak moet je vanuit verschillende perspectieven kijken om alles in beeld te krijgen – zoals je verschillende beelden krijgt wanneer je een kaleidoscoop draait.

  • Ongewone alertheid vanaf zeer jonge leeftijd
  • Snel leren, het vermogen om snel verbanden te leggen
  • Onthouden veel informatie; hebben een zeer goed geheugen
  • Ongebruikelijk grote woordenschat en complexe zinsbouw voor de leeftijd
  • Vergevorderd begrip van taalnuances, metaforen en abstracte ideeën
  • Houden van het oplossen van rekenkundige problemen en puzzels
  • Zelfstandig leren lezen en schrijven, vaak al voor ze voor het eerst naar school gaan
  • Ongebruikelijke emotionele diepgang, intense gevoelens en reacties, hoogsensitief
  • Denken abstract, complex, logisch en vanuit inzicht
  • Idealisme en rechtvaardigheidsgevoel vanaf jonge leeftijd
  • Voelen zich sterk betrokken bij maatschappelijke en politieke kwesties
  • Langere aandachtsspanne, volharding en intense concentratie
  • Vaak in gedachten verzonken, neiging tot dagdromen
  • Ongeduldig jegens eigen onvermogen en dat van anderen
  • Het vermogen om basisvaardigheden sneller en met minder oefening te leren
  • Stellen onderzoekende vragen, die verder gaan dat wat aangeleerd wordt
  • Brede belangstelling en/of diepe belangstelling in een specifiek onderwerp
  • Hoog ontwikkelde nieuwsgierigheid en een ongelimiteerde voorraad vragen
  • Interesse in experimenteren en het dingen op andere manieren doen dan gebruikelijk
  • De neiging om begrippen of dingen op een niet voor de hand liggende manier te combineren (‘divergent denken’)
  • Scherp en soms ongebruikelijk gevoel voor humor, houden van woordspelingen
  • Houden ervan om zaken en mensen te organiseren door middel van complexe spelletjes of schema's
  • Spelen (m.n. in de kleutertijd) met denkbeeldige vriendjes en hebben een levendige fantasie

Een ‘relativistische’ benadering

Zoals hiervoor aangestipt, zijn veel van de kenmerken uit de lijst hierboven ook te vinden bij hoogbegaafde volwassenen, en wel meer naarmate zij in hun jeugd minder ‘vervormd’ zijn geraakt. Toch blijven ook met deze uitgebreide opsomming nog veel begaafde mensen onder de radar. Barbara A. Kerr en Sandford J. Cohn halen in hun boek Slimme jongens, hoe hou je ze gemotiveerd?, (Van Gorcum, 2009 - vertaling van: Smart Boys, Talent, Manhood & The Search for Meaning, Great Potential Press, 2001) een benadering aan die in veel opzichten aan dit bezwaar tegemoet komt:

"Noble, Subotnik en Arnold ontwikkelden een fascinerend ontwikkelingsmodel, dat uitgaat van een ‘relativistische’ benadering. Zij stellen dat hoogbegaafdheid niet alleen een kwestie is van intelligentie of hoge prestaties, maar dat ook moet worden gelet op de sociologische afstand tot de centra van macht en rijkdom. Dat betekent dat, hoe groter de achterstand en hoe meer economische moeilijkheden en culturele barrieres een persoon moet overwinnen, hoe ‘begaafder’ deze moet zijn om te kunnen meedoen in de hoofdstroom van de samenleving."(Kerr/Cohn, 2009, p. 37)

Uitgaande van dit model kan een persoon uit een gezin met beperkte toegang tot de bronnen van kennis in onze moderne maatschappij, die met hard werken op de avondschool een praktijkdiploma haalt, met net zo veel recht als hoogbegaafd worden aangemerkt als iemand uit de welvarende middenklasse die cum laude afstudeert aan de universiteit. Aldus bepleiten Kerr en Cohn een benadering die een belofte inhoudt voor een eerlijker en rechtvaardiger procedure voor de herkenning van hoogbegaafde kinderen. Zij vermijden scherpslijperij over wat hoogbegaafdheid inhoudt en proberen mensen zoveel mogelijk te beschouwen in de context van hun persoonlijkheid en cultuur. Dit wordt goed samengevat in de definitie van hoogbegaafdheid die Kerr en Cohn op basis van het bovenstaande formuleerden, hier enigszins aangepast:

“Iedereen die in zijn of haar persoonlijke, educatieve of arbeidsomgeving vaardigheden laat zien die beduidend hoger zijn ontwikkeld dan normaal wordt geacht op enig academisch of artistiek terrein, ongeacht of dit verbaal, wiskundig, visueel-ruimtelijk, muzikaal, interpersoonlijk of kinestethisch is, is hoogbegaafd.”

Kan het nog mooier worden gezegd?

Verder lezen

Terug naar hoofdpagina »